Op zaterdagavond zijn er weer een aantal oud-Ajacieden in actie gekomen. Arek Milik en Stefano Denswil sprongen het meest in het oog met twee doelpunten voor Milik in duel met Bologna en een cruciaal doelpunt van Denswil voor Club Brugge in duel met Eupen.

Arek Milik:
Arek Milik was, na zijn eerdere twee treffers in de Champions League, weer belangrijk voor zijn Napoli. De spits begon op de bank, maar mocht van coach Maurizio Sarri in de 61ste minuut opdraven. De Poolse spits was meteen belangrijk met twee doelpunten binnen twintig minuten. Zodoende bepaalde hij de eindstand op 3-1.

Stefano Denswil en Ricardo van Rhijn:
De twee oud-verdedigers van Ajax begonnen in de basis bij Club Brugge, wat vroeg op achterstand kwam in duel met Eupen. Echter werd de gelijkmaker door spits Jelle Vossen binnen getikt en deed Denswil er nog een schepje bovenop met de 2-1. Na het doelpunt van de stopper kreeg Brugge meer grip op de wedstrijd en liep het zelfs uit naar 3-1. Eupe deed in de laatste minuten nog wat terug en bepaalde daarmee de eindstand op 3-2.

Maarten Stekelenburg en Viktor Fischer:
Het duel met Middlesbrough begon voor Maarten Stekelenburg niet zoals hij gehoopt had, met een eigen doelpunt zette de keeper zijn ploeg op achterstand. Echter bleek de eigen treffer van de doelman geen doorslaggevende factor te zijn. Het Everton van Stekelenburg won van Middlesbrough waar Viktor Fischer in de 70ste minuut inviel.

Wesley Sneijder:
De oud-middenvelder van Ajax was belangrijk voor Galatasaray in duel met Rizespor. In de eerste en tweede helft gaf de spelmaker een assist op aanvaller Eren Derdiyok. Zodoende wonnen de Turken met 2-0.