Sportjournalist Thijs Zonneveld heeft afgelopen dinsdagavond tijdens het Champions League-duel tussen Bayern München en Ajax enorm genoten van Hakim Ziyech. Volgens de verslaggever was het geen voetballen meer wat Ziyech aan het doen was in de Allianz Arena, zo schrijft hij in zijn column in het Algemeen Dagblad.

'Het was toveren, met zijn linkervoet als staf. Lichaamsschijnbewegingen, panna's, steekballetjes waar je uren naar kunt kijken zonder ze te begrijpen. En alles met een achteloosheid alsof hij op een pleintje met zijn vrienden balde', begint Zonneveld, die vervolgens een bepaald moment aanhaalt. 'Die ene pass, vanuit stilstand gegeven, over de breedte van het veld, was nóg mooier omdat hij wegwandelde met de allesverzengende zekerheid dat de bal op de centimeter precies zou landen waar hij dat wilde.'

Toch ziet Zonneveld dat Ziyech nog altijd regelmatig kritiek krijgt. Nog geen halfjaar geleden werd Ziyech bijvoorbeeld door boze Ajax-fans geduwd nadat de spelersbus werd opgewacht. 'En nog steeds. Roep op sociale media iets positiefs over Ziyech en je weet in geen tijd hoe een augurk zich voelt: kopje onder in het zuur. Want zo goed is-ie niet. Van Persies linker is mooier. Vorige week speelde hij nog als een natte krant. En eerst moet hij maar eens kampioen worden. Hij is te arrogant. Te flegmatiek. Te Marokkaans.'

Zonneveld wil vooral positief zijn over een voetballer als Ziyeh. 'Het is een streling voor het oog om hem te zien toveren met de bal. En net zo goed om hem zichzelf uit de naad te zien spelen voor zijn elftal. Want ook al floten zijn eigen supporters hem uit, ook al krijgt hij van alle kanten kritiek, ook al werd hij - onbegrijpelijk genoeg - in de afgelopen zomer niet opgepikt door een grote, buitenlandse club: hij staat er nog steeds. En hoe.'