De salarisverhogingen bij Ajax zorgen er in de ogen van Voetbal International-journalist Tom Knipping voor dat spelers uit andere continenten straks onhaalbaar zijn voor alle clubs buiten de traditionele top drie. Spelers van buiten de Europese Unie moeten namelijk minimaal honderdvijftig procent van het gemiddelde Eredivisie-salaris verdienen.

Wel is er een regel die ervoor zorgt dat spelers van achttien en negentien jaar minstens 75 procent moeten krijgen. Op dit moment verdienen spelers buiten de EU 436 duizend euro bruto. Dat bedrag is gebaseerd op de doorsnee 291 duizend euro die werd verdiend in het seizoen 2017/2018.

Knipping schrijft nu dat het nieuwe salarishuis van Ajax de komende jaren van grote invloed zal zijn. 'De verwachting is dat spelers van buiten de EU volgend jaar vijf tot zes ton moeten gaan kosten', schrijft de verslaggever. 'Recent vestigde Ajax door het openbreken van de contracten van de sterspelers nieuwe salarisrecords. Die zullen pas doorwerken in het seizoen 2021/22. Een Japanner of een Nigeriaan moet dan mogelijk zeven tot acht ton gaan verdienen.'

Die bedragen passeren ruimschoots het salarisplafond van clubs als FC Utrecht, SC Heerenveen, FC Groningen en FC Twente. 'Vitesse en AZ zouden het in theorie kunnen betalen, maar de vraag is of zij zulke extreme bedragen over hebben voor een exotisch talent van wie je nog maar moet afwachten of hij gaat doorbreken. Over het rechterrijtje, met salarissen tot 250 duizend euro, hoeven we het al helemaal niet te hebben. (...) Het halen van niet-EU-spelers wordt een exclusief recht van de topdrie. Zo zet Ajax de rest op indirecte wijze nog verder buitenspel.'