Algemeen directeur Edwin van der Sar van Ajax heeft nog maar eens tekst en uitleg gegeven over de forse prijsstijgingen van de seizoenkaarten op de oostzijde, welke in maart 2015 bekend werden gemaakt. Volgens de oud-doelman zijn de prijsstijgingen nodig in het topvoetbal.

'Het ging om vier of zes vakken, in totaal achtduizend kaarten', begint Van der Sar tegenover AT5. 'We kijken continu naar de verdeling. De prijs-kwaliteitsverhouding in het stadion liep mank. Wij baseren ons op de prijzen elders in het stadion, maar ook op prijzen bij andere clubs uiteraard', aldus de Voorhouter.

In eerste instantie wilde Ajax de prijs van de seizoenkaarten op de oostzijde (lange zijde tegenover eretribune) verhogen met 243 euro naar 750 euro. Na protesten ging de prijs uiteindelijk gefaseerd omhoog naar 630 euro, wat nog altijd neerkomt op een bedrag van 74 euro per wedstrijd voor twee personen (vader en zoon bijvoorbeeld). Ter vergelijking: bij Manchester United is dat gemiddeld 77 euro, terwijl je bij Bayern München 66 euro betaalt en bij Benfica 'slechts' 39 euro.

'Dat zou kunnen, ik geloof het. Maar nee, ik vind het niet vreemd. Wij proberen een begroting te maken, zodat we topvoetbal kunnen zien en waarderen. Sommige maatregelen zijn dan nodig. Verder hebben we geen indexering op de prijzen van andere kaarten toegepast', schiet Van der Sar in de verdediging, waarna hij vertelt te begrijpen dat er soms onvrede is. 'Soms maak je een goede beslissing, soms een beslissing die minder leuk wordt gevonden. Voor iedereen doe je, je best. Maar niet iedereen kan altijd maar blij met je zijn.'