In de zomer van 2014 verruilde Timothy Fosu-Mensah de jeugdopleiding van Ajax in voor die van Manchester United, waar hij in het afgelopen seizoen onder toenmalig manager Louis van Gaal zijn debuut in de hoofdmacht maakte. In Voetbal International vertelt de lange verdediger over de verschillen tussen de opleidingen van Ajax en die van Manchester United en lijkt hij blij te zijn niet meer op kunstgras te hoeven spelen.

'Ik begon in de Onder-18. Marcus Rashford was de eerste die me opving, die ervoor zorgde dat ik me meteen vrij voelde', doet de Amsterdammer zijn verhaal. 'Op het veld ging het vanzelf. We deden net als bij Ajax alles met de bal, het grootste verschil zit 'm in de krachttraining. Dat maakt bij United een wezenlijk deel uit van de opleiding. Ik zag het al toen ik voor het eerst de kleedkamer binnenstapte. Al die Engelse jongens waren gespierd. Ik was vooral heel lang en heel dun. De training in de gym is zo zwaar, maar als je in de Premier League wilt spelen, moet je wel volume krijgen. Je staat tegen monsters van spelers. Je voelt die ontwikkeling trouwens snel, dat motiveert weer om door te gaan. Je wilt mee met de flow, je wilt meer, meer, meer', klinkt hij ambitieus.

'Een ander groot verschil met Ajax is het kunstgras', noemt de verdediger vervolgens nog een verandering op. 'Op De Toekomst trainden en speelden we veel op die ondergrond, in Engeland doen we alles op écht gras. De bal stuit en rolt dan toch anders. Niet dat ik grote moeite had, alleen was het heel even wennen. Ik denk dat natuurgras voor de ontwikkeling van de spelers toch het beste is. In Engeland heb ik nooit op kunstgras gespeeld.'