Davinson Sánchez kwam in de zomer van 2016 naar Ajax, maar de Amsterdammers waren toentertijd absoluut niet de enige Europese club met interesse. In gesprek met The Mirror vertelt Sánchez dat hij onder andere bij FC Barcelona had kunnen tekenen. Het rooskleurige perspectief in Amsterdam gaf echter de doorslag.
Op het moment dat Sánchez door Ajax werd gecontracteerd, was hij pas twee jaar centrale verdediger. De Colombiaan speelde daarvoor altijd op het middenveld. 'Op mijn zeventiende zat ik al bij de selectie van Atlético Nacional (zijn club in Colombia, red.). Ik was toen nog een middenvelder en had veel concurrentie, waardoor ik weinig speelde. Centraal achterin kwam er een plekje vrij en toen heb ik aan de trainer gevraagd of ik daar mocht spelen. Dat mocht en ik deed het goed. Mijn kwaliteiten waren direct zichtbaar.'
Vanaf dat moment ging het snel met Sánchez. Terwijl hij met Atlético Nacional actief was in de Copa Libertadores, nam de interesse van de Europese clubs toe. 'FC Barcelona wilde mij, maar dan kwam ik wel in het tweede te spelen. Ik wilde na het winnen van de Copa Libertadores echter niet in een B-team gaan spelen. Ik geloofde in mijn kwaliteiten en ik geloofde dat ik in het eerste van Barcelona meekon, maar zij gaven mij die kans niet. Toen kwam Ajax en ze vertelden mij dat ik direct onderdeel van het eerste elftal zou worden.'
Dit perspectief sprak Sánchez aan en daarom besloot hij naar Amsterdam te verkassen. De verdediger had echter ook nog andere opties. 'Naast FC Barcelona waren er meer clubs geïnteresseerd. Op mijn zeventiende kwam Sevilla al, op mijn achttiende toonde Valencia interesse en iets later had ook Villarreal belangstelling.'
Place comments