Het is alweer veertien jaar geleden (april 2003) dat Ajax in de kwartfinale van de Champions League op zeer onfortuinlijke wijze werd uitgeschakeld door AC Milan. Grote man aan Italiaanse zijde destijds was goaltjesdief Filipo Inzaghi, die in de slotminuut van dat duel zijn ploeg alsnog naar de halve finale schoot (3-2).
Officieel zat Jon-Dahl Tomasson er nog aan, maar het doelpunt was vooral het werk van Inzaghi. Op de website van AC Milan blikt hij nog eens terug op dat moment. 'Het gebeurde allemaal op een onwaarschijnlijke manier. Ik dacht in het veld aan zoveel dingen tegelijk. Vooral aan de fans, ik kon ze zien zitten op de tribune. We leken het avontuur uit onze handen te geven, dat zou echt verschrikkelijk zijn geweest.'
Inzaghi zag dat bij de 3-2 alles precies op zijn plaats viel, al beseft hij dat er ook wel wat geluk bij kwam kijken. 'Wat als Ambrosini die bal net de andere kant op had gekopt? Wat als Chivu niet was uitgegleden? Vandaag de dag ben ik nog steeds bang dat het een droom was. Alle drie de goals in de wedstrijd gaven zoveel emotie. Al die reacties...het hart van het team kwam op de eerste plaats', besluit de spits van het AC Milan dat in dat jaar uiteindelijk de Champions League ook zou winnen.
Place comments