In zijn column in De Telegraaf heeft algemeen directeur Edwin van der Sar nogmaals gesproken over de ambities van Ajax in Europa, terwijl hij ook opnieuw de naamswijziging van het stadion bespreekt. Eerder deze week werd bekend dat de naam van het stadion vrijwel zeker de Johan Cruijff Arena gaat dragen.

'Ik ben blij dat er een intentieverklaring is getekend om het stadion de naam Johan Cruijff Arena te geven', schrijft de Voorhouter, die Cruijff de grootste Ajax-speler aller tijden noemt. 'Op het trainersvlak heeft hij het ook gedaan voor Ajax, denk aan de Europa Cup II in 1987. Hij is gewoon ons grootste clubicoon. Over de naamswijziging konden wij als club niet alleen beslissen. Ajax vormt slechts een klein onderdeel van de ArenA. We willen dat graag uitbreiden. Daar zijn gesprekken over gaande.'

Vervolgens laat Van der Sar opnieuw weten blij te zijn met burgemeester Eberhard van der Laan. 'Het is fijn dat de burgemeester van Amsterdam een belangrijke rol heeft gespeeld. Dat is omdat hij niet alleen fan van het spel van Johan was, maar ook van al diens maatschappelijke projecten. Naast Johan Cruijff zouden we in de toekomst graag meer prominente Ajacieden zichtbaarheid geven. Woensdag zorgen we er in elk geval voor dat het elftal van 1992 (UEFA Cup) onze gast is bij de halve finale tegen Lyon.'

'In april meedoen was normaal in onze tijd'
Over de halve finale vertelt Van der Sar dat hij enorm blij is dat de Amsterdamse club weer eens zover heeft weten te komen in een Europees toernooi. Toch weet de voormalig-topdoelman dat het seizoen nog niet gemaakt is. 'Maar het is wel al schitterend dat supporters van Ajax weer trots op onze Europese prestaties zijn. Het is ook een wisselwerking tussen spelers en supporters. De spelers leveren de prestaties, de supporters steunen met een propvolle ArenA elke keer de spelers. In april nog meedoen in Europa was voor Marc (Overmars), Dennis (Bergkamp) en mij als speler vanzelfsprekend in onze Ajax-tijd. Daarna maakten we dat ook mee bij de buitenlandse clubs waar we speelden. Maar voor de meeste supporters is het te lang geleden.'