Viktor Fischer heeft zichzelf misschien wel te veel gepusht tijdens zijn revalidatie, maar heeft het gevoel dat hij helemaal terug is. Hij geniet en richt zijn blik niet meer te ver vooruit. Dat en veel meer zegt hij in een lang interview in de Voetbal International van deze week.

Na een overwegend frustrerend jaar richt Fischer de blik nu weer vooruit. Maar niet te ver, want de Deen geniet tegenwoordig meer van het moment. 'Ik leef sinds mijn blessure meer in het nu. Ik ben vooral bezig met wat ik vandaag op de training of in een wedstrijd wil laten zien. En niet meer met wat ik volgend seizoen allemaal wil laten zien. Ver vooruitkijken leer je wel af als je zo lang hebt moeten revalideren.'

Fischer keek het afgelopen jaar minder naar voetbal en verkende Amsterdam. En ondertussen werkte hij op karakteristieke wijze snoeihard aan zijn herstel. 'Ik train liever met pijn honderd procent, dan zonder die pijn op vijftig procent. Als ik in het krachthonk twintig kilo met mijn benen omhoog moet duwen, dan doe ik veertig kilo. En als dat lukt, ga ik verder naar de vijftig. Dat zit in mijn karakter. Misschien heb ik mezelf af en toe te veel gepusht. Het belangrijkste is dat ik me weer helemaal goed voel.'

Tot slot doet de aanvaller zijn zegje over de huidige jaargang, waarin Ajax voor het eerst onder De Boer geen landstitel heeft weten te bemachtigen. Volgens Fischer heeft de ploeg de vier titels deels te danken aan de jarenlange zwakte van PSV om óók punten te verliezen als Ajax dat deed. 'Dit seizoen ging dat niet op. Het is mooi dat PSV nu een team heeft waardoor wij ons geen puntverlies meer kunnen veroorloven. Daar wordt Ajax beter van. En uiteindelijk wordt de hele competitie daar beter van. Dit moet de uitdaging zijn van volgend seizoen.'