Voormalig Ajax-verdediger Julien Escudé kijkt met stijgende verbazing naar de enorme transferbedragen die tegenwoordig de normaalste zaak van de wereld lijken te zijn in de voetballerij. De Fransman vindt het maar vreemd, zo blijkt uit een gesprek met Le Telegramme.
Afgelopen zomer vertrok Neymar bijvoorbeeld voor 222 miljoen euro van FC Barcelona naar Paris Saint-Germain, terwijl Ousmane Dembélé voor 105 miljoen euro de overstap maakte van Borussia Dortmund naar FC Barcelona (cijfers: Transfermarkt). 'Ik ben drie jaar geleden gestopt, zonder enige spijt, en ben weer in Spanje gaan wonen (Escudé voetbalde eerder bij Sevilla, red.). Wanneer ik vandaag de dag de enorme transferbedragen zie, vertel ik mijzelf dat tijden zijn veranderd. Ik moest mijzelf echt bewijzen om de top te bereiken, er ging niet zoveel geld om rond jonge spelers. Men moet voorzichtiger zijn om de juiste waarden in te schatten.'
Van zijn eigen loopbaan heeft Escudé toentertijd dan ook echt genoten. 'Ik denk dat ik een geweldige profcarrière heb gehad, zeker in het buitenland. Ik heb bij prestigieuze clubs als Ajax, Sevilla en Besiktas gespeeld. Daar heb ik zoveel waardevolle herinneringen opgedaan. Mijn grootste herinnering is toch mijn debuut voor Frankrijk, dat was tegen de Faeröer Eilanden (11 oktober 2006, red.). Het veld opgaan in het blauwe shirt en dan La Marseillaise zingen, dat was magisch!'
Place comments