Danny Blind, sinds maandag het nieuwste lid van de Raad van Commissarissen bij Ajax, heeft in gesprek met De Telegraaf aangegeven waarom hij denkt dat zijn toetreden tot de RvC belangrijk is. De voormalig bondscoach zal een controlerende en adviserende rol gaan vervullen.

'Het is een toezichthoudende rol. Na het vertrek van Theo van Duivenbode was het wenselijk om er iemand met een voetbalachtergrond in te hebben en ook iets te verjongen', aldus Blind, die na zes jaar afwezigheid terugkeert bij Ajax. 'Maar als raad van commissarissen bij Ajax is het ook belangrijk om de directie te adviseren. En vervolgens te controleren of alles binnen de kaders blijft die we afspreken.'

'De club is een opleidingsclub, maar het eerste elftal moet geen opleidingselftal zijn. We leiden jonge spelers op die in het eerste moeten komen en als we ze zelf niet hebben, dan zal de scouting op orde moeten zijn om daarop te anticiperen', luidt de visie van de oud speler van de Amsterdammers. 'Met die filosofie willen we kampioen worden. Het liefst met zulk mooi mogelijk voetbal. Dat was zo, is zo en moet zo blijven. Zo kijk ik er tegenaan en niet ingewikkelder.'

Dat de scouting meer op orde moet zijn dan voorheen, heeft te maken met de ontwikkelingen rondom het Nederlandse voetbal, vindt Blind. 'De spelers gaan niet meer op 23- of 24-jarige leeftijd naar het buitenland, zoals Daley Blind of Davy Klaassen, maar op 21-jarige leeftijd of jonger. Vroeger – in de tijd van de De Boertjes, Edwin van der Sar en Jari Litmanen – was het nog 27- of 28-jarige leeftijd. Heb je altijd maar weer een nieuwe klaarstaan? Dus moet je je wat breder oriënteren.'