Veel supporters van Ajax zullen het zich geregeld afvragen: hoeveel is er eigenlijk nog over van de Cruijff-revolutie bij Ajax? In De Volkskrant valt te lezen dat er inmiddels, sinds het vertrek van onder meer Wim Jonk (destijds hoofdjeugdopleiding) en het overlijden van Cruijff, tal van principes van Cruijff zijn losgelaten.
De krant schrijft bijvoorbeeld dat Ajax alleen spelers moest kopen als het echt niet anders kon. Na het vertrek van Dennis Bergkamp in december 2017 heeft Ajax zich in korte tijd ontwikkeld tot een koopclub. 'Ajax heeft het eerder, mede door Cruijff ingevoerde salarisplafond doorbroken met het aantrekken van de routiniers Daley Blind en Dusan Tadic, waarop ook anderen opwaardering van hun salaris kregen', schrijft de ochtendkrant.
Econoom Dennis Groen zag ook dat commercie in dienst moest staan van het eerste elftal. 'In de filosofie van Cruijff was het duidelijk dat het bedrijf facilitair moest zijn aan de voetbaltak. Nu koos Ajax voor een bijna puur commerciële trip naar Florida in de winterstop, waarbij de voetbaltak in dienst stond van de commercie.'
Jaap de Groot, journalist van De Telegraaf en schrijver van de biografie van Cruijff, ziet in dat het plan van de legendarische nummer veertien maar halfhalf wordt gevolgd. 'Cruijff is in die jaren misschien te weinig op de club geweest. Hij wilde Ajax terugbrengen en dacht dat goede mensen zijn ideeën konden uitvoeren. Dat bleek een illusie. Alles stortte in toen premier Cruijff wegviel. Ajax heeft hem enorm veel energie gekost in de laatste fase van zijn leven.'
'Als het bij Ajax misgaat, staat ergens in een hoekje een groepje te juichen'
De vraag is dan ook: hoe komt het dat het bij Ajax altijd onrustig is, waarom zijn er altijd tegenstanders? Zo is Ajax nog steeds niet van de beurs af, is de ArenA nog altijd geen eigendom van Ajax en zijn er veel - door Cruijff aangestelde - jeugdtrainers alweer vertrokken. 'De achilleshiel blijft dat Ajax een politieke partij is. Als het misgaat, staat ergens in een hoekje een groepje te juichen. De grootste tegenstanders zitten in de club zelf. Het is elke keer zoeken naar de kleine meerderheid. Als het tegenzit, haakt weer een groep af en is die meerderheid verdwenen', zegt De Groot.
Volgens De Groot is Ajax nu een club van voetballers, maar is het geen voetbalclub. 'Cruciale beslissingen als het al dan niet kopen van het stadion zijn door externen genomen. Het sportieve dieptepunt was wat mij betreft het ontslag van trainer Marcel Keizer in het jaar van het ongeluk met Appie Nouri. De een wilde Keizer, een onervaren trainer met een clubhart, de ander niet. Ajax heeft nagelaten hem veilig naar de overkant te brengen. Dat is kwalijk.'
Place comments