In een special uitgave ter nagedachtenis aan de onlangs overleden Johan Cruijff heeft onder meer John Bosman gesproken over de trainer Cruijff. Midden jaren tachtig werkte de spits onder Cruijff bij Ajax en nog altijd bewaart de huidig jeugdtrainer bijzondere herinneringen aan die tijd.
'Ik had een haat-liefde verhouding met Cruijff. Hij kon je verrot schelden. 'Scherp!', hoe vaak ik dat niet heb gehoord. Hij was zo kritisch', legt Bosman uit hoe de trainer Cruijff was. 'Ik dacht weleens: ik kan er geen fluit meer van, ik stop er maar mee. Aan de andere kant prikkelde hij me wel, ik had dat gewoon nodig', herinnert de Bovenkerker zich, die geregeld in de voorhoede stond met Marco van Basten. 'Als hij ontbrak, deed ik het altijd goed en toen hij weer eens terugkwam van een blessure, zette Cruijff hem op tien, achter mij. Dat ging heel goed, maar Marco werd opstandig. Hij moest voor zijn gevoel te veel lopen en scoorde niet meer.'
Vervolgens ging San Marco naar Cruijff, waardoor de rollen werden omgedraaid. 'Ik heb er flink van geprofiteerd, er stonden altijd twee mensen op Marco en zo pikte ik mijn goaltjes lekker mee', vervolgt Bosman, die zich ook de mentale componenten herinnert van de Cruijff-filosofie. 'Hij zei: 'Jullie kunnen de Europa Cup winnen'. We dachten: doe normaal joh. We kwamen net uit de magere beginjaren '80, we deden Europees totaal niet mee. Maar hij bleef het roepen. (...). En in 1987 was het al zover. Wij waren de jonge jongens. Werden steeds beter, kwamen allemaal in Oranje. Het klikte. Het leken wel schoolreisjes, die buitenlandse wedstrijden onder Cruijff. Bij Johan was het: aan de bak, maar het ook leuk hebben.'
Place comments